Grand Prix de Paris 1903, van Geo Lefèvre’s pen in L’ Auto vertellen wij het verloop van de finale:
„Het is een feit, dat het kleine Nederland, dat ons reeds door Mathieu Cordang en Jaap Eden versteld deed staan, ons nu wederom dit jaar twee spurters, Harie Meyers en Guus Schilling, heeft gezonden, die de twee eerste plaatsen innemen van de beste renners der wereld, op dit ogenblik te Parijs verenigd”. Een bijzondere triomf noemt hij het voor de „production hollandaise”.
Thorvald Ellegaard reed in de eerste demifinale met de Italiaan Pietro Bixio en de Duitser Walter Rutt. Bij het startschot neemt Rutt de leiding, doch gaat zo langzaam dat Ellegaard en Bixio naar voren komen. Deze laatste leidt dan met 10 mater voor Ellegaard, die op zijn beurt 10 meter voor Rutt is. De pace is verschrikkelijk langzaam en zelfs de aankondiging van de laatste ronde (de Vincennes baan meet 500 meter), doet de concurrenten niet versnellen. Alle drie rijden boven in de bocht, als plotseling op 250 meter van de finish Rutt naar beneden vliegt en met een razende spurt de leiding neemt; doch Ellegaard en Bixio zijn op hun hoede geweest en zijn terzelfder tijd gevolgd. Op het laatste rechte eind zijn alle drie de renners gelijk, en heeft men daar het idee, dat Ellegaard zijn concurrenten gaat domineren. Doch tot algemene verwondering van alle toeschouwers verdedigt Bixio zich met zulk een kracht, dat hij vóór de grote favoriet met een wiellengte de eindstreep passeert, terwijl Rutt een banddikte met Ellegaard verschilt. Dit onverwachte resultaat wordt gevolgd door een grote stilte van de zijde van het publiek, nog verwonderd. Dan buldert het los en wordt Pietro Bixio een ovatie gebracht voor zijn terecht verdiende overwinning. De Italiaan zelf was gek van vreugde.
In de tweede demi-finale tussen Harie Meijers, de Belg Charles Van den Born en de Fransman Edmond Jacquelin ging als gewoonlijk in een zware race Meyers al bij de bel spurten, en niettegenstaande de kranige verdediging van Jacquelin en Van den Born, wint Harie Meyers in zijn zwart-goudkleurige trui met 1 wiellengte, hetzelfde verschil bestond tussen Van den Born en Jacquelin.
In de derde demi-finale tussen de Nederlander Guus Schilling, de Belg Louis Grogna en de Amerikaan Owen Kimble, leidde eerst Schilling, toen kwam er een evenwichtsmoment, daar geen van drieën wilde leiden. Grogna spurt het eerst, men gelooft, dat hij zeer gemakkelijk gaat winnen, als 100 meter voor de finish Schilling hem ter zijde komt. Dan volgt er een nek aan nek race. 5 meter voor de finish heeft Grogna nog enig voordeel, op de rode lijn passeert Schilling met een band dikte voor de Belg terwijl Kimble, geheel vergeten, 5 lengten achter is.
De triomf van Meyers.
De grote Finale
„Voor de wedstrijd, die zal decideren wie de man van de dag in Tout-Paris is, ga ik Meyers in zijn kleedkamer opzoeken. Ik vond hem op de buik gelegen, op de massage-bank, terwijl zijn masseur hem hielp. Meyers heeft zijn hoofd in de handen en zegt mij : “Ik ben zenuwachtig en voel mij ziek. Het lijkt mij of ik binnen 5 minuten zal gaan sterven”. Vijf minuten, later verschijnt Meyers op de baan, heeft zich zelf tot kalmte gedwongen en is koelbloedig. Dat brengt hem zijn overwinning! Toch is er hard gestreden moeten worden, want Schilling en Bixio, overzenuwd, hebben nog meer dan anders er alles op gezet om te overwinnen, en voet voor voet heeft Harie Meyers, met een bewonderenswaardige kracht de overwinning behaald. Het verloop van de strijd was zeer eenvoudig. Op 400 meter van de eindstreep zijn alle drie de renners in de hoogste bocht. Meyers veinst weg te spurten, door naar beneden te gaan. Zijn twee tegenstanders volgen hem onmiddellijk en Meyers wacht de eersten aanval af. In de laatste bocht zet Schilling aan, die een ogenblik Meyers passeert, terwijl Bixio hem aan de anderen kant op zijde komt. Dan, recht voor zich uit, gelijk ’n geweerkogel vliegt Meyers op Schilling aan, passeert deze en wint met een wiellengte zijn tweede Grand Prix de Paris. Schilling was een half wiellengte voor op Bixio. Voor de vierde maal reed Meyers in de finale, voor de tweede maal overwon hij. Onbeschrijfelijk is het tumult dat daarop volgt. het volk juicht de zo sympathieke Hollander luidde toe.
De Maastrichtenaar Meyers, in Parijs genoemd „le Boer”, wordt luid toegejuicht. De winnaar van de Grand Prix d’Amateurs Granaglia, en Meyers, worden door de vertegenwoordiger van het gouvernement, minister Chaumié, ontvangen en heiden rijden een ere-rondje met de hun uitgereikte brassards. Harie Meyers wint aldus de eerste prijs, 5000 francs en een kunstvoorwerp, uitgeloofd door de president van de republiek, Schilling 2000 en Bixio 1000 fr. Dit is de tweede maal dat Meijers de Grand Prix wint. Deze Nederlandse overwinning werd druk besproken . De vereerders van Meijers, en dat zijn er velen, droegen hem in triomf weg.
Daarna een kort interview in Meyers’ kleedkamer. Veel weet hij niet te zeggen: „Of ik gelukkig ben. Oh ja, als een klein kind! Vier maanden lang heb ik er voor gewerkt en ben nu beloond voor mijn werk”. Overgelukkig laat ik de sympathieke renner zich aankleden. Het succes van de 10e Grand Prix is enorm geweest. Zondag werd er aan entrées 32.576 francs ontvangen. Guus Schilling heeft zich in één woord kranig gehouden. weinig bekend te Parijs had men dat niet van hem verwacht. Hij heeft het Meyers zeer lastig gemaakt en behoort door zijn rijden van zondag tot de beste renners ter wereld. Verder zegt Geo Lefèvre nog: . „Het is een feit, dat het kleine Holland, dat ons reeds door Mathieu Cordang en Jaap Eden versteld deed staan, ons nu wederom dit jaar twee spurters heeft gezonden,, die de twee eerste plaatsen innemen van de beste renners der wereld, op dit ogenblik te Parijs verenigd”. Een bijzondere triomf noemt hij het voor de „production hollandaise”, en wij onderschrijven dit volkomen.
Ten slotte werd nog de „Grand Prix du Conseil Général” verreden, een uur-wedstrijd. Gontenet, (Fransman), was de gelukkige winner. Hij reed 66 K.M. 800 en won met 1 ronde voor Dangla, terwijl Gougoltz als derde eindigde.
De totale ontvangsten van dezen beroemde Grand Prix bedroegen dit jaar ruim 50.000 frcs., hetgeen op zich zelf ook nog een record is, daar nog nimmer de recette zo hoog is geweest. De jaarwedde van een fabrieksarbeider was destijds ca 2000 frcs.
Wij geven hierbij het lijstje der uitslagen van oprichting der Grand Prix de Paris af 1894.