26 april 2024

1934-07-21 Internationaal bergrennen Vaals

0

Voorafgaand aan de 1e Internationale Ronde van Eygelshoven, die algemeen gezien wordt als de eerste wedstrijd op Limburgse grond voor beroepsrenners werd er een tweetal maanden eerder ook al, onder auspiciën van de NWU en met vergunning van de Gedeputeerde Staten, reeds een koers voor beroepsrenners gehouden en wel nabij Neerlands hoogste punt, op de Vaalserberg, met deelnemers uit België en Duitsland dus de koers mag met recht internationaal genoemd worden.

De uiteindelijke winnaar, de Vlaming Pé Verhaegen (winnaar van Parijs-Brussel en 2 etappes in de Tour de France) verklaarde dat het bergrennen een zeer zware wedstrijd was en dat hij nog liever een wegkoers van 350 km zou rijden dan deze bergrit. Hij reed in deze wedstrijd een versnelling van 3,80 meter (47×26). Hij beschouwde Auguste Van Tricht als zijn zwaarste concurrent, Ook Pierre van Wunnik was goed maar wist zijn krachten niet te verdeden. Dit moeten we voor v. Wunnik opmerken om tijdens een rit steeds te eten en niet te veel te drinken want drinken verslapt te veel en hij at volgens ons veel te weinig zodat op het laatst zijn krachten afnamen. Toch reed hij een prachtige koers. Ook Esser heeft weer getoond dat hij het nog niet verleerd is. Van de Limburgers waren Quax, Willems, Nuyts, Pex en Franssen de moedigsten en reden hun wedstrijd uit. De jury had een zware taak om alles uit elkaar te houden.

Internationaal Bergrennen van Vaals

We lezen de voorbeschouwing in het Limburgsch Dagblad van 20 juli 1934:

Zo slaan we thans aan de vooravond van het grote gebeuren te Vaals, het eerste internationaal bergrennen op Neerlands hoogste punt, waarvoor buitengewoon veel belangstelling is. Men is op het ogenblik bezig met het traject in orde te brengen en dit geheel af te maken. Een groot aantal deelnemers uit diverse plaatsen van ons land en uit het buitenland heeft zich reeds gemeld en nog komen er telkens inschrijvingen binnen, maar we kunnen deze niet allen meer melden en volstaan met de deelnemerslijst welke we tot heden ontvingen.

In de amateursklasse zijn de volgende deelnemers: H. Brouns, Hoensbroek; Gerritse, Hoensbroek; Schaeps, Vaals; P. Huntjes, Heerlen; Jan Pisters, Wijlré; J. Lambrichs, Bunde; P. Kekelhof, Uithoorn; Weda, Rotterdam; Hermans, Leuven (B.); Erens, Gemmenich (B.); P. Gevers, Oirsbeek; L. Wolfhagen Schinveld; de Wit, Brunssum; Kerkhofs, Maastricht; Dreissen, Maastricht; v. Rhijn, Rotterdam; Janssen, Breda; van Tichelen, Breda : Douven, Le Calamine (B.); Buchem, Hodester (Luxemburg).

Rechts de winnaar van het Bergrennen van Vaals 1934 Pé Verhaegen uit Diest

Bij de profs vinden we vernield: Joep Franssen, Ubachsberg; H. Franssen, Maastricht; Bastings, Maastricht; P. v. Wunnik, Maastricht; M. Snackers, Eygelshoven; W. Cober, Hoensbroek; W. Rensen, Heerlen; M. Kisters, Heerlen; G. Bindels, Nijswiller; H. Walter, Oirsbeek; W. Willems, Sittard; A. v. Tricht, Aarschot (B.); F. Gardier, Verviers (B.); L. Baiwir, Luik (B.); Szukala, Keulen (D.); Kees Stoop, Amsterdam.

Hier zullen, evenals bij de amateurs, nog wel enigen bijkomen en zo zal het dus een spannende strijd worden. Deze berg is geweldig steil om te beklimmen niettegenstaande het traject slechts 1,4 km lang is, zodat dit als een van de steilste bergen van Europa beschouwd kan worden. Als men thans hoort spreken over de Ronde van Frankrijk, waar de dwangarbeiders van den weg elkaar op Alpen en Pyreneeën elkaar aan ’t bestrijden zijn, dan krijgt men wel lust om dit te zien, maar aangezien dit te ver is om hieraan gevolg te geven, zo krijgen we het thans in de onmiddellijke nabijheid geboden en zal menigeen hiervan willen profiteren.

We zullen ons niet wagen aan een voorspelling, want dit is zo buitengewoon lastig, dat we er liever niet aan beginnen. Wel kunnen we zeggen, dat onze bergklimmer Joep Franssen hier nog wel iets zal presteren, maar ook de overige Limburgers weten wat er in de bergen te doen is en zo zullen Cober, Willems, Rensen e. a. wel flink partij geven, maar ook de Amsterdammer Stoop, die reeds in Limburg aan wegwedstrijden deelnam, zal belust zijn op een prijsje. De Belgen hebben enkele prima krachten in August Van Tricht, Pé Verhaegen, Louis Biawir en van Francois Gardier, de kampioen van België, is verzekerd en we zien deze, indien hij van ongelukken gespaard blijft, dan ook wel een grote kans maken om den KaVeeWee-prijs in de wacht te slepen.

Bij de amateurs schijnt de Luxemburger Buchem een goede klimmer te zijn, die het de anderen niet cadeau zal doen. Op de training die de renners deze week gehouden heb toen konden we zien, dat het een uiterst zwaar traject is, dat door de amateurs 25 maal gereden wordt en door de profs 50 maal. In de eerste helft zullen ze wel in gesloten colonnes optrekken, maar als de helft eenmaal is afgelegd, dan zullen we wel kunnen zien tussen wie de strijd zal gaan, er zullen vele wel gedubbeld worden.

De amateurs starten om 2.30 uur aan de uitzichttoren, terwijl de profs om 5.00 uur zullen vertrekken. De V.V.V. Neerlands Hoogste Berg heeft voor een goede afrastering gezorgd en men kan den strijd heel goed volgen, temeer daar er door middel van een krachtige radio installatie de stand geregeld zal worden bekend gemaakt.

Lees het Limburgsch Dagblad van 20 juli 1934

 

HET BERGRENNEN TE VAALS.

We lezen het wedstrijdverslag in de Limburger Koerier van 23 juli 1934:

Wanneer we deze Vaalser Bergrit als een kleine „Tour de France” betitelen, dan is deze vergelijking wel gegrond, als we in ogenschouw nemen, dat er zowel van de amateurs en nieuwelingen, doch nog meer van de profs en onafhankelijken enorm veel aan kracht en uithoudingsvermogen gevergd werd. Wie met het traject enigszins op de hoogte is, zal zeker deze overtuiging ook wel hebben. Over een afstand van 1.4 km ging de baan, waarbij echter een enorm grote stijging de rit bijzonder zwaar maakte. De klim vanaf den ingang van het bos tot de uitzichttoren, valt menige voetganger reeds moeilijk, zodat het begrijpelijk is, dat de renners geen gemakkelijke taak hadden. De amateurs en nieuwelingen moesten 25 keer, en de anderen zelfs 40 maal den steile berg naar Neerlands hoogste punt op peddelen, en toch moet gezegd worden, dat er schitterende prestaties te’ bewonderen vielen en niet het minst bij de eersten, waarvan er enigen een prachtrace te zien gaven.

Al waren onze Nederlandse deelnemers niet zo bijzonder gelukkig, toch wordt ons nationaliteitsgevoel enigermate gestreeld, doordat de fikse Nijssen uit Aken, die als eerste de finish passeerde, een Nederlander is.

Winnaar bij de beroepsrenners, de Vlaming Pé Verhaegen

Ook de jonge R. Pekel uit Spekholzerheide verdient hier een bijzondere vermelding. Vanaf het begin af was hij bij het leidend peloton en lag zelfs verschillende ronden aan den kop, terwijl hij tot de 20e ronde of no. 1 of no. 2 was. Jammer genoeg had hij in de 23e pech, waardoor hij iets naar achteren gedrongen werd. Toch plaatste hij zich in de laatste ronde nummer 4. Een felle eindspurt bestond er tussen Hermans (Montzen) en Scheen (Busbach) om de tweede en derde plaats. Nijssen handhaafde zijn voorsprong, dien hij vanaf de 20e ronde uit de vierde positie wist te halen, terwijl Scheen de tweede plaats moest afstaan aan Hermans.

We zouden tekort schieten, als we den Leidenaar Paats niet vermelden. Hoewel hij daags te voren de tocht naar “Neerlands Hoogste Punt” per fiets aflegde, wist hij zich kranig te houden en bezette de 9e plaats. De race voor de amateurs en nieuwelingen verliep zonder ernstige ongevallen, alleen de Belg Frijns uit Gemmenich kwam reeds bij de aanvang met nog enkele anderen te vallen, waarbij Frijns het ergste geblesseerd werd. De transportcolonne moest zijn linkerhand verbinden, toch bleef hij tot het einde in de strijd. De eerste ronde werd afgelegd in 2 m. 24 sec; ook de laatste ronde was vrij vlug in 3.15; voor de tussenronden bleef het telkens beneden de vier minuten. Deze groep, waarbij 28 renners startten, legden de 25 ronden-rit af in 1 u. 32 min. Nadat hij beëindigd was, werd de winnaar door dhr. Darmstadt en dhr. Eich. voorzitter van de organiserende vereniging gefeliciteerd.

Na een pauze van ongeveer een uur maakten zich tegen kwart voor zes de profs en onafhankelijken voor de start gereed. Niet minder dan 30 concurrenten werden door dhr. Eich de eerste ronde ingestuurd. Het waren allen renners van naam, die hier hunne krachten gingen meten. Doch al spoedig bleek, dat enkelen niet erg fortuinlijk waren. Reeds na de achtste ronde waren 9 renners uit de baan gegaan. Vanaf het begin af zagen wij een vrij constante groep, die gedurende de hele race elkaar het leven erg zuur maakten, namelijk de Maastrichtenaar v. Wunnik, een pracht spurter, de Belg Baiwir, die echter evenals zijn landgenoot Gardier, ook al spoedig hun kans opgaven; Van Tricht uit Aarschot en de bekende wegrenner Esser uit Kohlscheid, vormden met de Belgische onafhankelijke Verhaegen het leidend peloton. Vooral v. Wunnik en Verhaegen gaven mekaar niet veel na. Zij wisselden elkaar zowat af met het nemen van de kop. Ofschoon zij wel de meeste kansen hadden op de eersten KaVeeWee-prijs, had men ook nog enige hoop op Van Tricht, doch niettegenstaande zijn fikse ren, gelukte het hem niet de twee anderen in te halen en zelfs waren v. Wunnik en Verhaegen zo kolossaal op dreef, dat zij op alle overige renners een ronde, op de meesten zelfs twee of drie inliepen. Onze Limburgse favoriet moest het na de 28e ronde tegen zijn zwaarste concurrent Verhaegen afleggen. Deze liet zich niet meer overvleugelen en won zelfs met een flinke voorsprong. Esser kreeg in de 24e ronde een lekke band, waardoor hij ettelijke plaatsen naar achteren moest schuiven. Bindels, waarop men in den aanvang ook nog enige hoop had, kreeg twee keer bandenpech en moest na de 12e ronde opgeven. Een kranig stukje was het van onze Limburgse crack Joep Franssen, die tot het laatste moment volhield, doch de jongere garde met de eer moest laten gaan strijken. Toch geloven we dat, wanneer het stijgend gedeelte over een langere afstand ging hij het hun heel lastig had gemaakt. Jammer genoeg  kwam hij bij de laatste ronde nog te vallen, hetgeen evenwel geen al te ernstige gevolgen voor hem had.

Lees het Limburgsch Dagblad van 23 juli 1934

Over het algemeen verliep ook deze race naar verhouding goed, ofschoon de profs ten gevolge van de hete zon, waarvan de anderen grotendeels verschoond waren gebleven, het nog moeilijker hadden, afgezien van het langere traject, dat reeds met 10 ronden was verkort. Het traject werd in 2 uur en 20 afgelegd.

Na afloop van het Bergrennen vond in hotel Bellevue de prijsuitdeling plaats, waarmee zich de Edelachtbare Heer burgemeester Rhoen wilde belasten. Dhr. Darmstadt, een van de best bekende figuren uit de wielersportwereld, die ook reeds voor het begin van het Bergrennen door de luidspreker een hartelijk woord van welkom tot deelnemers en belangstellenden richtte en de autoriteiten, welke voor en bij dit bergrennen hun gewaardeerde medewerking verleenden, hartelijk dank zei, hield een korte toespraak, waarin hij nogmaals het gemeentebestuur van Vaals en de heer burgemeester evenals Gedeputeerde Staten bedankte voor de verleende vergunning. Ook het politiecorps, en vooral opperwachtmeester Kramme, kreeg ’n pluimpje voor de krachtdadige hulp, evenals de transportkolonne Rode Kruis en haar leider Dr. Keunen en het Vrijwillige Brandweercorps. Een woord van dank namens N.W.U wil hij niet onthouden aan Neerlands Hoogste Berg, dat dit bergrennen organiseerde.

Lees de Limburger Koerier van 23 juli 1934

De Edelachtbare heer burgemeester Rhoen uit zijn grote voldoening over dit zo mooi verlopen eerste Bergrennen dat wel als en unicum in den lande zal staan. Ofschoon hij in het begin enigszins huiverig tegenover het plan stond, was het een geruststellend feit, toen de N.W U. en haar bekende wielersportgrootheden aan de zijde van de organisators stond. Vooral met het oog op de bevordering van het vreemdelingen verkeer, dat altijd en bij iedere feestelijkheid als hoofdmotief moet gelden, heeft hij volgaarne zijn medewerking verleend, en hij spreekt de hoop uit, dat men op den ingeslagen weg zal voortgaan. Een bijzondere voldoening moet het zijn, dat de rennen zonder ernstige ongelukken is verlopen. Nadat hij de deelnemers uit de verschillende landen nogmaals hartelijk begroet heeft, vindt de prijsuitdeling plaats. Voor ieder van de prijswinnaars heeft hij een passend woordje.

Dhr. Eich, voorzitter van Neerlands Hoogste Berg, meent ook nogmaals namens de organiserende vereniging allen, die door hunne medewerking het schitterend succes van deze eerste bergrit hebben bevorderd, op de hartelijke wijze te moeten bedanken.

Amateurs en Nieuwelingen: 35 K.M. (Kunstvoorwerpen).

1. A. Nijssen, Aken (D.)
2. J. Hermans, Montzen (B.)
3. H. Scheen, Busbach (D.).
4. Pekel Spekholzerheide:
5. Errens, Gemmenich (B.):
6 Ch. Buchem, Luxemburg
7. Jerono, Bleijberg (B.).
8.W. Dreissen- Maastricht.
9. C. Paats, Leiden.
10 Bastings. Maastricht.
11 N. Dervitte, Brunssum

Profs, en Onafhankelijken — (56 K.M.)

1. Pé Verhaegen, Diest (B.), (KaVee- Wee-prijs f 100),
2. P. van Wunnik, Maastricht. (f 75)
3. A. van Tricht, Aarschot,
4. Esser, Kohlscheid (D.).
5. Verpoorten, Burg. Leopold (B.).
6. Quax Meerssen
7. Willems Sittard
8. P. Nuyts, Eijsden
9. Pex, Maastricht
10. J. Franssen, Ubachsberg

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.