1946-08-26 Gé Peters, 1946 een succesvol jaar, nationaal én wereldkampioen
Gerard “Gé” Peters, een groot baanrenner.
In 1944 bracht hij het wereldrecord in de kilometer met vliegende start op 1:03.5.
Hiernaast was hij in 1946 naast Nederlands kampioen ook de eerste wereldkampioen achtervolging ooit bij de beroepsrenners.
Met Gerrit Schulte werd hij in 1950 en 1951 ook Europees kampioen ploegenkoers, de twee behaalden in diezelfde discipline ook nog zilver in 1953, 1954 en 1955.
Hij reed één keer de Tour de France, de beroemde editie van 1951 waarin Wim van Est de gele trui droeg. De legendarische ploegleider Kees Pellenaars omschreef Gé Peters ooit als ‘die lange dweil die zo vreselijk hard kon fietsen’.
Gé Peters, alles behalve een opschepper; eerder bescheiden en vriendelijk. Ook op de fiets was hij een gentlemen en daardoor, zo word gezegd, niet zo geschikt voor het wielermetiér, dat in de jaren veertig en vijftig veel meer een aangelegenheid was van cowboys als Van Steenbergen, Schulte en Braspennincx.
Het was nog maar het begin van een carrière waaraan pas twintig jaar later een einde zou komen.
Zijn grootste bekendheid dankt Peters met name aan de zesdaagsen. Hij won te Gent in 1950, Parijs in 1950 en 1953, Berlijn in 1954, Antwerpen in 1954 en te Münster in 1955.
Gé Peters was ongenaakbaar in de Europese sportpaleizen waar hij, door zijn ranke charmante verschijning maar ook door zijn strijdlust, een populaire verschijning was, vaak als koppelgenoot van Gerrit Schulte, maar vlak na de bevrijding ook met Cees Pellenaars.
HELDEN VAN HAARLEM https://www.heldenvanhaarlem.nl/helden/ge-peters
In de Bredasche courant van 24 november 1945 lezen we over de het eerste succes te Zurich over dit koppel het volgende:
Pellenaars-Peters reden in Zürich
Un coureur formidable
Pel zit breeduit te grijnzen achter zijn bord soep, als we bij hem binnenstappen. Hij is juist thuis uit Zürich, waar hij met zijn maat Gerrit Peters in het schitterende Hallenstadion tot de meest-geliefde buitenlandse gasten behoorde. We behoeven niet veer te vragen. Wie Pel kent, ziet met één oogopslag „wat voor weer het is. „Ik ben tevreden over mijn hernieuwde Zwitserse kennismaking. We hebben weer een goeden indruk achtergelaten bij het publiek, dat zeer enthousiast was” zegt Kees. Uiteraard hebben de goede resultaten van Peters de aandacht getrokken en tevens het feit dat Pel dit keer geen uitgesproken sprinter tot maat heeft gekozen. Peters verenigt in zich in kwaliteiten van een sprinter, een uitstekende jump, bliksemsnel aanvoelen van de situatie en een merkwaardige eindsnelheid – met die van een rasecht achtervolger – gelijkmatig rijder met veel uithoudingsvermogen.
Bredasche courant 24 november 1945
Het rijden van het koppel Pellenaars-Peters heeft dan ook geheel andere aspecten gekregen. Pel behoeft niet meer het ondankbare en minder opvallende werk te doen. Dit is in Zwitserland ook reeds onder de aandacht gekomen en dit werd vanzelfsprekend nog verhoogd door uitspraken in de Belgische vakpers, die over het algemeen niet zo scheutig is met lof-uitingen over buitenlanders.
Het „Le jeune Peters, un coureur formidable”, is den jongen sympathieke renner vooruit gereisd! Naar Zwitserland en zijn eerste optreden is daar in goede aarde gevallen. Het was nog maar een bescheiden en in het geheel niet spectaculair optreden. Hij won de 500 meter vliegende start voor Kaers, Coppi en Kubler en werd tweede bij den 1 km tijdrit staande start. In het totaal klassement eindigde het Nederlandse koppel met een half punt verschil op de tweede plaats en met veel belangstelling wordt er in Zürich uitgekeken naar de koppelwedstrijd op 2 december a.s., waarvoor Pellenaars-Peters direct werden geëngageerd.
Daar zullen zij rijden tegen de volgende koppels: Naye – v. Meershaut (B), Cools – v. Simaeys (B), Mignat – Guillier (Fr), Kubler – Diggelman (Zw) Gebr. Weilenmann (Zw.) en tegen het Zwitsers-Franse koppel Egli – Guimbrétière. Ook Schulte – Boeyen zullen dan van de partij zijn. Aan werk ontbreekt het voorlopig nog niet.
Het volgende programma moet worden afgewerkt: 25 Nov. Gent, 2 Dec. Zürich, 9 Dec. Brussel, 16 Dec Parijs, 23 Dec. Brussel, 25 Dec. Gent, 31 Dec. Brussel (nacht koers), 6 Jan. Parijs, 13 Jan. Brussel, 20 Jan. Zürich en 27 Jan. Parijs. Naar Amerika? Tot eind Januari werden slechts contracten afgesloten, daar er onderhandelingen gaande zijn met Chapman voor vijf zesdaagsen in Amerika. Chapman wilde eerst het koppel Pellenaars—Slaats, doch Kees heeft zijn condities geseind met Peters als maat en de kansen staan volgens hem erg gunstig.
De eerstvolgende in het oog springende prestaties van Gé Peters worden behaald in het hierop volgende jaar 1946: Het Nederlands- en Wereldkampioenschap achtervolging, onderstaande krantenartikelen maken duidelijk welke talenten Peters tevoorschijn toverde.
De Nationale kampioenschappen op de baan 1946
De morgen Zondag te verrijden baannummers voor het kampioenschap van Nederland zijn, met het oog op de aanstaande wereldkampioenschappen te Zürich, zeker belangrijk te noemen. C. Bijster moet bij de amateur-sprinters zijn titel verdedigen tegen Hijzelendoorn. We geven eerstgenoemde een goede kans om zijn titel te kunnen behouden. Arie van Vliet is sneller als Derksen en zal Zondag zijn kansen weer met succes verdedigen.
Het meest interessante nummer is ongetwijfeld de achtervolging. Peters, een knaap, die snel carrière maakte, is een ernstig concurrent van Gerrit Schulte op dit nummer.
Niet Schulte, maar Peters kampioen achtervolging
Dertigduizend toeschouwers beleefden gisteren in het Olympisch Stadion te Amsterdam een sensatie, toen Peters in een prachtige eindstrijd om het kampioenschap achtervolging Schulte sloeg, daarmede den blonden reus uit Den Bosch voor de eerste maal in zijn wielercarrière een zware nederlaag toebrengend. Zwaar was deze nederlaag zeker, niet vanwege het feit, dat Peters met enkele meters verschil won, maar wel in verband met de manier, waarop het gebeurde. Peters liep na den start onmiddellijk uit en na drie ronden lag hij twintig meter voor op Schulte. Deze beging do o.i. tactische fout om door een extra krachtsinspanning te trachten niet alleen zijn achterstand in te lopen, maar zelfs een kleinen voorsprong te verkrijgen, hetgeen hem inderdaad gelukte. Maar Peters had zijn krachten beter verdeeld. Hij had nog voldoende reserve om in de tweede vijf ronden het tempo vol te houden en tenslotte te verhogen. Drie ronden voor het einde lag Schulte nog iets voor, maar daarna moest hij bukken voor het tempo van Peters. In de laatste anderhalve ronde bleek Poters over een machtigen eindspurt te beschikken, waar tegenover Schulte machteloos stond.
Gerard Peters: de grote favoriet voor de wereldtitel achtervolging
Door Jan Cornelisse
In het begin van Februari 1939. had de Nederlandse Wielren Unie eindelijk succes met haar voorstel een wereldkampioenschap in te stellen voor die renners, die zich op andere nummers dan de sprint, de stayers en de wegrensport uitblonken .Dat waren mannen als Jan Pijnenburg, Gerrit Schulte, Dethmer Klink. Dirk Groenewegen, de Fransen Archambaud, Founier, de Italiaan Giuseppe Olmo en al die anderen, die In de omnium en de koppelwedstrijden uitblonken. Men stelde voor een poursuite kampioenschap bij de wereldkampioenschappen te brengen en in 1938 had de UCI reeds toestemming gegeven dit nummer als een bijnummer op het programma in het Olympisch Stadion te zetten: het werd toen een officieus wereldkampioenschap, dat door Gerrit Schulte werd gewonnen !
1939 kwam en ook bet wereldkampioenschap voor de achtervolgers stond op het programma van Milaan ! Dethmer Klink, die blozende jongeman uit de Wieringermeer die het kampioenschap van Nederland op zijn naam had gebracht door Jan Pijnenburg te onttronen, was onze man en wat voor een. Daar op de snelle Vigorellibaan reed Klink de snelste tijd in de serie: 6 min 20.4 sec. over de 5 km en dat in een rit waarin hij ln den Engelsman Hill geen tegenstander van formaat had. Men vermoedde toen dat hij regelrecht op het wereldkampioenschap zou afstevenen, want de Fransman Louis Aimar, ook een specialist op dit nummer, achtte men tegen den Wieringer niet in staat te winnen, evenmin als de Italiaan Fabio Battesini en den Belg Somers die in hun series hard moesten vechten tegen resp. den Deen Jacobsen en den Duitser Hofmann waarbij zij tijden gemaakt hadden van 6.23 en 6.23.2. De finales werden echter niet gereden want inmiddels was het oorlog in Europa! Dethmer Klink zou deze kans nooit meer krijgen. De oorlog ging voorbij en nu in Zürich kan men dan dit nummer afwerken en wederom staat daar een landgenoot die een greep naar het wereldkampioenschap der poursuite-coureurs gaat doen: Gerard Peters!
We hebben hem Zaterdagmiddag op de Oerlikonbaan zijn serie zien rijden tegen den Belgische kampioen René Adriaensens en de wijze waarop hij die rit won stempelde hem tot den wereldkampioen in spé. In een uitermate soepele stijl draaide hij in die rit naar de overwinning en hij lag veruit in gewonnen positie toen zijn achterband leegliep. Zo was ook de Italiaan Vito Ortelli in de halve finale gekomen toen zijn Zwitserse tegenstander Hugo Koblet in de tweede helft van de rit een lekke band kreeg. De nieuwe ster aan de wielerhemel Roger Piel, een jonge Fransman, die kort geleden het Franse kampioenschap onverwacht won van Blanchet had zich voor de halve finale geplaatst door den Luxemburger Marcel Poiré geheel in te lopen. De Deen Petersen had zich door een walk over in de halve finale geplaatst. Nu zult ge beweren : ja maar, hoe kunt ge nu beweren dat Gerard Peters kampioen zal worden. Welnu, dat zal ik u zeggen! Omdat zowel de Italiaan Ortelli als Roger Piel hoewel van zeer grote klasse, mij niet het zuivere type van den achtervolger lijken Ortelli zat op zijn zadel te schuiven en dat, toen de rit nauwelijks halverwege was en Roger Piel’s rit -was een copy van de rit van den Italiaan. Zn’ reden op winst in de eerste helft wetend, dat zij in de laatste kilometers in moeilijkheden kwamen. Welnu en ze reden zo hard dat zfl weliswaar tegen Peters een kleine voorsprong zeiden kunnen bewerkstelligen als zij tegen hem in de halve finale zouden komen, maar die zou niet groot genoeg zijn om iets tegen Peters in de laatste kilometers uit te richten. Ja de Deen Petersen zou voor een verrassing kunnen zorgen, doch naar de tijden die hij te Kopenhagen maakte te oordelen lijkt hij me wel een aardig temporenner doch geen man van de extra-klasse. Ik voorzie dan ook een finale Gerard Peters – Roger Piel op Dinsdagavond En onze landgenoot als wereldkampioen!
Ik zou me sterk, heel sterk moeten vergissen als het anders ware Let maar eens op! De waarheid 27-08-1946
Peters wereldkampioen der achtervolgers!
Onze landgenoot wint in grootse stijl
Piel overtuigend geslagen
Nederland heeft zijn eersten wereldkampioen: Gerrit Peters! In de finale achtervolging, die drie minuten na middernacht op de Oerlikon-baan bij Zürich werd gehouden, versloeg onze landgenoot den Fransman Piel op meer dan overtuigende wijze.
We wisten het reeds: Peters was in uitstekende vorm. Dit bewees hij bij de nationale kampioenschappen toen hij Gerrit Schulte, die tot dan toe onze favoriet op dit nummer was, op overtuigende wijze wist te kloppen. Daarna heeft Gerrit Peters snel carrière gemaakt en heeft zich in zeer korten tijd een wereldfaam weten te verwerven. Algemeen werd hij dan ook beschouwd als de nieuwe wereldkampioen. Hij heeft inderdaad aan de verwachtingen beantwoord. De wijze waarop Peters met zijn tegenstander in de finale afrekende, was er een van grootse allure. De enthousiaste toejuichingen van het duizendkoppige publiek waren een verdiende beloning voor zijn fraaie rijden. We mogen het nu gerust zeggen: Peters staat als achtervolger op eenzame hoogte. Hij is wereldkampioen in den volle zin van het woord. Intussen is deze finale tussen onzen landgenoot en den Fransman Piel niet zonder incidenten verlopen. Het begon al met het te laat aan den start verschijnen van Piel Het publiek werd ongeduldig en liet dit openlijk blijken. Als Piel zich eindelijk verwaardigde aan den start te komen, was er iets niet in orde met zijn fiets. Weer wachten. Het was dicht bij elven als het startschot gelost werd. Piel nam direct een voorsprong van enige meters en wist deze ook bij het ingaan van de derde ronde te behouden. Toen was er weer iets niet in orde. Plotseling stak de Fransman zijn hand omhoog om te beduiden, dat hij een lek bandje had. De rit werd afgelast. De toeschouwers konden de gedragingen van Piel maar zeer matig appreciëren. Vlak voordat opnieuw het startschot zou gelost worden, bleek, dat nu de fiets van Peters niet in orde was, zodat we weer even geduld moesten betrachten totdat onze landgenoot van rijwiel had verwisseld. Maar nu kwam Piel tot de ontdekking, dat er iets niet klopte met zijn ketting. Het publiek werd zo rumoerig, dat de politie moest Ingrijpen om de orde te herstellen. Ruim een kwartier later werd opnieuw gestart. Weer was het Piel, die als een razende wegstoof en een ruimen voorsprong wist te nemen. Dan opnieuw sensatie: in de vierde ronde stak Peters zijn hand omhoog: lekke band!
Het was intussen reeds zo laat geworden, dat de officials voorstelden de finale tot Donderdagavond uit te stellen. Maar Piel wilde daar niets van weten. Het was bijna middernacht als de starter opnieuw het vertreksein gaf. Nu echter was Peters op zijn hoede. Hij hield hetzelfde tempo als van den Fransman en stond juist op het punt een voorsprong te nemen als andermaal de rit moest worden afgebeld. Weer een lekke band bij Peters.
Eindelijk! Toch zouden de toeschouwers nog waar voor hun geld krijgen. Om precies drie minuten na middernacht werd opnieuw begonnen. Van meet af aan gaf peters nu den Fransman geen schijn van kans. Als een wervelwind draaide onze landgenoot zij ronden en toen de finish in zicht kwam, was Piel reeds kansloos verslagen. Peters werd wereldkampioen der achtervolgers in den tijd van 6 minuten 33 4/5 sec.