19 maart 2024

1916-07-23, Maastricht, Nederlands Kampioenschap op de weg

1

Nederlands kampioenschap op de weg 1916

Het was de Amsterdammer Klaas van Nek (dat jaar in april ook al winnaar van de “afstandsrit” Groningen – Amsterdam) die in 1916 het Nederlands Kampioenschap voor professionals in de wacht gesleepte te Maastricht.

Concurrentie had hij genoeg, de gebroeders Piet en Rinus van der Wiel bijvoorbeeld, op de weg vooral mannetjesputters. Frits Wiersma, de gebroeders Barend en Piet Gebuis, Gerard Vlemminx, Gerrit Waldner, de Limburgers Xavier Beckers en Jan de Vries, Hub Packbiers e.a. hebben het hem lang niet gemakkelijk gemaakt. Maar Klaas van Nek scheen een bondgenootschap met vrouwe Fortuna gesloten te hebben. Stonden de anderen van tijd tot tijd aan de weg met een gesprongen band, speciaal de Van der Wiel’s waren in dit opzicht bedeeld. Van Nek kwam zonder enig machinedefect aan het eindpunt, de betonnen wielerbaan te Amby, Maastricht.

Klaas van Nek

Op de weg Den Haag—Leiden —Utrecht —Amersfoort —Arnhem—Nijmegen—Venlo—Roermond—Maastricht heeft deze door de Ned. Wielerbond uitgeschreven wedstrijd om het kampioenschap van Nederland plaatsgehad. Van de 76 ingeschreven renners kwamen er 57 aan den start, van wie 10 veteranen. Voor hen eindigde de rit te Arnhem. Er waren 9 nieuwelingen, 13 amateurs, 14 onafhankelijken, 11 beroepsrenners. Daarnaast tevens een 6-tal veteranen voor wie de finishlijn bij het controlepunt in Arnhem was getrokken. Prachtig weer begunstigde de wedstrijd.

Te 10 minuten over half zeven had aan het  Roomhuis te ’s-Gravenhage het vertrek plaats. De verslaggever, die het genoegen had de rit in een gloednieuwe Winton-Six van de Haagsche Autom. Mij. mee te maken, vertrok een minuut of tien later dan de renners. Ofschoon wij een fatsoenlijk vaartje reden hadden we het hoofdpeloton toch eerst een heel eind voorbij Leiden ingehaald. Dit bestond toen nog uiteen kleine 40 rijders, waaronder ook de veteranen P. Adrian, G. van Eembergen en Cees van der Wiel.

Vooral in het begin ging het bar hard. Tot Utrecht, dat binnen de 2 uur bereikt werd, wisten zij aan de kop te blijven, ofschoon Klaas van Nek c.s. door op de gebruikelijke professional-manier op de slechtste weggedeelten en in de dorpen te gaan versnellen, herhaaldelijk heeft hij getracht zijn concurrenten te lossen. In Utrecht gelukte dit. Zo waren wij op de Stationsweg of de heren beroepsrijders en onafhankelijken, die blijkbaar bijzonder weinig prijs stelden op het ongeschonden bezit hunner respectieve halsen, zetten er dwars door de smalle straten, een sneltreinvaart in. Bosch van Drakesteyn, minder gelukkig dan Cees van der Wiel die ’t goed af ging, kwam in een tramrails en brak een wiel. Als mensen van geposeerde leeftijd namen de heren Adrian en Hembergen de regelen van ’t verkeer in acht en passeerden de stad in kalme gang met hun beiden de tocht, die voor de veteranen te Arnhem eindigde, voort te zetten.

De gebroeders van der Wiel

Haast nog haalden zij het hoofd peloton in toen het bij Huis ter Heide voor de gesloten spoorwegovergang stond. Nog een paar honderd meter waren zij er vandaan, toen de bomen opengingen en het als een wervelwind wegstoof. Al was voor hen ook de kans op het veteranen kampioenschap verloren, want Cees v.d. Wiel zat nog altijd in hel eerste gelid, toch gaven zij de strijd niet op. Om beurten leidend kregen zij de lange weg naar Arnhem onder de knie. Zes minuten na Klaas van Nek passeerden zij daar in spurt de controlepost, de finish voor de veteranen. Phillip Adrian (de bondsvoorzitter van de NWU) een half wiel Voor G. van Eembergen. (4e A. Dulle, 5e B. Otten, 6e C. Out)

In het midden, met het donkere kostuum Frits Wiersma

Als je denkt dat deze heren die de 4 kruisjes al aardig dicht in de buurt zijn, op waren, ben je er glad naast. Van Eembergen ontmoetten wij later op de weg naar Nijmegen, en Adrian fietste naar Groesbeek, wandelde daar de rest van de dag en keerde eerst laat naar huis terug. De volgende morgen sprak ik hem. Hij was toen minstens even fris als ondergetekende, die in vergelijking met hem nog een zuigeling is, en wiens lichamelijke arbeid zich de vorigen dag had bepaald tot het enige malen uit en ineen wagen klimmen om een rebelse hoed van een van zijn tochtgenoten op te gaan vissen, die de onhebbelijkheid bezat er op de meest ongelegen ogenblikken vandoor te gaan.

Verder met de koers… Tussen Arnhem  en Nijmegen (waartussen de veerpont die al zo vaak ten nadele van sommige renners was geweest) werd de koers geneutraliseerd. Onder enorme belangstelling werd vervolgens Venlo bereikt, dat gewoonweg in volle feeststemming was. Hartelijk begroet schoten de renners tussen de dubbele mensenrijen door, waarbij de renners uit het zuiden als bijv. Vlemminx (Woensel) luid werden aangemoedigd. Stenken is hier met lekke band moeten achterblijven, nog geen kilometer verder stonden zowel  Rinus en Piet van der Wiel weer aan de kant, die voor de derde maal een lege band hadden.

Rinus van der Wiel, 5-voudig nationaal kampioen op de weg (1915, 1917, 1918, 1921 en 1925) won zijn eerste titel (ook) in Maastricht in 1915 door zijn broer Piet in een sprint à deux te verslaan

Voor Swalmen nog heeft  Rinus van der Wiel in zijn eentje de groep weer te pakken gekregen en direct zorgt deze er voor, erop en erover, dat weer versneld wordt. Van Nek, die er een gevaarlijke manier van rijden op na houdt door telkens van links naar rechts te schieten, bracht telkens het peloton weer bij, waarop het slobbergangetje weer werd aangenomen. Roermond werd doorgekropen en zelfs als Maasbracht is bereikt en dus nog een goede 40 kilometer te rijden zijn, zitten er nog een vijftiental bijeen en worden reeds maatregelen beraamd, hoe op de Maastrichtse wielerbaan met zulk een groep te handelen. Dan echter beginnen de renners het te menen. Wolken stof dwarrelen omhoog, er wordt gespurt en gesprongen, soms zelfs zijn ze totaal onzichtbaar, maar als we dan er vlak bij zijn, zien we dat Barend Gebuis en v. d. Wiel waren weggelopen. Van Nek echter reed de rest steeds weer bij en deed alle pogingen radicaal falen en zo nadert de groep Maastricht. Nog maar drie kilometer te gaan, daar waar men de lange helling van de Kruisberg omlaag schiet, zal Gebuis nog een laatste poging wagen.

Barend Gebuis

Hij stormt de helling af, razend hard ging het op dat moment, maar dan maakt een renner een vreemde beweging: Gerard Vlemminx botst tegen hem aan en sleurt in zijn val Rinus v. d. Wiel, van Duuren en Waldner mee. Een geweldige val maken deze renners! Het zag er eenvoudig dramatisch uit. Vlak voor een zigeunerkamp vond deze duikeling plaats en de zigeunerbevolking komt met groot misbaar toegelopen. Langzaam komen de renners, die wij in het gras dragen bij en dan blijkt het hoe goedalles is afgelopen. Vlemminx is het eerst weer op de fiets, v. d. Wiel volgt weldra en daarna de jonge nieuweling Van Duuren die tot nog toe prachtig reed, maar Waldner moet een fiets lenen en komt langzaam aangesukkeld, en als wij zien, dat alles in orde is en de inmiddels uit Maastricht ontboden dokter niet direct hulp behoeft te verlenen, stuiven we naar de wielerbaan, waar de hoofdgroep thans tot 7 is man geslonken, juist aan haar laatste rondjes bezig is. Als nog 300 meter gereden moet worden, gaat van Nek naar voren, maar Wiersma houdt prachtig vast, springt ten leste naast hem en snelt precies gelijk over de streep.

Krijn Schippers, nationaal kampioen op de weg 1911

Hier scheelde het toch nog een schimmetje of Wiersma, die zich in de eindspurt naast hem plaatste had hem het kampioenschap afgesnoept. Wiel aan wiel gingen zij over de eindstreep, en al kenden verscheidene toeschouwers Wiersma de overwinning toe, de jury besliste dat het een “dead heat” was en liet overrijden (3 ronden).

Weer was Klaas van Nek de gelukkige. Met een half wiel liet hij Wiersma achter zich, waarna Van Nek in de nationale driekleur werd gehesen. Van de 53 deelnemers die zondagochtend aan het Roomhuis alhier gestart hebben zijn er 19 vrijwel tegelijk te Maastricht aangekomen hetgeen, gezien dat het traject in totaal ongeveer 270 km bedroeg, zonder twijfel een schitterende prestatie is. De rijtijd was iets meer dan 9 uur, zodat men een gemiddelde uursnelheid van 30 km gereden is.

1e was Klaas van Nek (Amsterdam), 2. Frits Wiersma (Amsterdam), 3. Barend Gebuis (Leiden), 4. W. v. Duyn, 5. Cees Erkelens (Hazerswoude) en 6. Jan de Vries (Simpelveld). Enkele minuten later arriveerde als no. 7 Xavier Beckers (Klimmen) en dan telkens met enige minuten verschil 8. Krijn Schippers (Rotterdam), 9. G. Slappendel (Voorburg), 10. Joh. Zonneveld (Den Haag), 11 Piet Gebuis (Leiden), 12. Gerard Vlemminx (Woensel), 13. H. v. Duuren (Amsterdam), 14. W. de Jager (Amsterdam), 15. Frans Rutten (Den Haag), 16. Gerrit Waldner (Apeldoorn), 17. Treisberg, 18. W. Stenken (Den Haag) en 19. Hub Packbiers (Maastricht)

Klaas van Nek

De winnaar had de afstand afgelegd in elf uur 6 minuten, de twee uur van Arnhem naar Nijmegen inbegrepen. De eerste der nieuwelingen was H. Van Duuren, Eerste amateur Joh. Zonneveld, Eerste onafhankelijke W. van Duyn en Eerste beroepsrenner K. van Nek

1 thought on “1916-07-23, Maastricht, Nederlands Kampioenschap op de weg

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Meer informatie over hoe uw reactiegegevens worden verwerkt.